Geraakt

Het is zaterdag middag en ik loop door de stad om een cadeau voor mijn moeder, die ik nu 3 jaar niet heb gezien, te zoeken.
Vanaf de ochtend spoken de gedachten over hoe ik de mensen in Oekraïne kan helpen door mijn hoofd. Bij nood kom ik graag in actie en bedenk een manier om te helpen. Geld heb ik niet, dus regel ik meestal een inzameling van spullen en wat nodig is.

Ik ben gek op kleren, koop ze graag en bewaar ze met alle liefde jaren. Ben er zuinig op.
Mijn zolder ligt vol kleren met voor mij een emotionele waarde: een winterjas die ik 17 jaar geleden kocht in Denemarken samen met mijn moeder, de eerste en laatste keer mijn oma mijn kinderen zag.
Een handgemaakte trui die ik aanhad toen ik voor het eerst met mijn toenmalige liefde naar Terschelling ging….en ga zo maar door.
Die winterjas en trui houdt niemand warm, dus heb ik besloten mijn zolder leeg te halen van kleren die ik niet meer gebruik. De herinderingen zijn in mijn hart, niet in de jas of trui. Voor mij is het overvloed om het te houden, zeker als iemand anders het nodig heeft.

Het zonnetje schijnt en de terrassen zitten vol. Blije kletsende mensen, zonnebril op, blote armen, ze genieten duidelijk. Ik loop er langs met een dubbel gevoel. Blij dat de C regels opgeheven zijn, dat we weer vrij kunnen bewegen en bij elkaar kunnen zijn. Eindelijk. Opluchting.
Maar, volgens mij ie er (weer) oorlog…? Het contrast raakt mij diep. Vreugde en opluchting contra ramp en oorlog. Misschien raakt dit mij nog meer, omdat het zo een anticlimax is na de C. Net blij….en dan dít!

Iets verder op vraagt en man op straat aan mij, of ik een kaarsje wil branden voor Oekranine en legt een kaarsje in mijn hand. “Ja natuurlijk, hoe veel krijg je van mij?”, “Niks mevrouw, ga maar de kerk in en steek de kaars aan”. Bij de deur kan je doneren, welk ik natuurlijk doe.
In de kerk steek ik de kaars aan en kijk om mij heen. Ik krijg bijna geen lucht. De realiteit bekruip mij en de kou grijpt om mijn hart.

Naast de kerk is er een expositie van De Zilveren Camera. Ik loop daar naar binnen.
Wat ik aantref zijn beelden van rampen hier in Nederland. Van de corona tijd, proefapen, rellen, geweld, natuurrampen, overstroming, huilende mensen in nood, oud en jong, huis en alles verloren…….ik moet huilen.

Waar moet ik beginnen? Wie en hoe help ik eerst en het beste? Waar stuur ik die winterjas en trui heen?
Ik weet het echt niet meer…..overvallen door onmacht.

Het gekwek op de terrassen gaat vrolijk door…..het contrast doet pijn. Ik koop niks voor mijn moeder, geef haar wel één van mijn truien.

Jouw welzijn is mijn werk: Vandaag weet ik even niet waar te beginnen….

Liefs,
Anja